donderdag 28 januari 2016

Verslag eerste week projecten in Lamu


Ik mis Afrika, ik mis Lamu. Het is net alsof ik thuis ben, in Rotterdam dus. Regelen is overal hetzelfde. Vergaderingen deadlines afspraken die verzet worden, computeren. Ook al zit je onder een palmboom in een zwoele wind met uitzicht op de Indische oceaan en een vers tamarindesap voor je. Dat valt echt tegen. Dit wordt de eerste en gelijk de laatste keer. Dat beloof ik mezelf nu heilig. Wat anders is het dan vorige keer toen ik van alles ontdekte, plaatsen, mensen planten materialen. Een manier van leven waar ik op een of andere manier toch ook mijn ‘werk’ in kon maken. Ik heb toen geen computer gezien. Natuurlijk wel soms een mobieltje in de hand gehad om naar huis te bellen. Ik ben geen belangrijke politici tegengekomen en geen toegewijde vrijwilligers die toch een beetje klagen over de staat waarin ze het atelier terugvinden na terugkomst (rommeltje dus). Natuurlijk zijn de jongens er nu ook die even komen aanrijden op hun ezel en nieuw eten dat ik moet proeven. En ik logeer in een gesloten hotel dat als alle huizen hier de sfeer heeft van duizend en een nacht. Maar ik doe gewoon stom kantoor werk. Bellen regelen officiële mensen zien. Omdat ik daar niet zoveel ervaring in heb in Nederland kan ik niet zien of het hier trager of efficiënter gaat. Ik heb de indruk dat de opbrengst per saldo gelijk is.

De grote vraag is dan waarom ik dit eigenlijk wilde. Natuurlijk is het de bedoeling dat iemand iets heeft aan mijn inspanningen en trouwens ook die van de anderen. Herbert, Samia, Musa, Rachel, allemaal zijn ze hard bezig om het Lamu Arts Festival 2016 van de grond te krijgen en de bedoeling ervan is dat de mensen hier een leuke tijd hebben en dat er vertier is voor toeristen en dat dat weer meer toeristen op gaat leveren. Er zal een uitwisseling plaatsvinden tussen de kunstenaars van buiten Lamu en die van Lamu en kinderen kunnen ook participeren in wedstrijden en worden zo betrokken bij het Festival. Het zijn geen eerste levensbehoefte, maar misschien wel secundaire of tertiaire.

Omdat ik in Nederland nog bepaald geen zekerheid had of enig element van het festival dat werd besproken in oktober 2015 door zou gaan, besloot ik dus in december zelf de verantwoordelijkheid te nemen over het welslagen. De fundraising actie leverde een heleboel materiaal op en ook geld voor wederom materiaal en andere noodzakelijke uitgaven. Ik weet nu niet goed wanneer  en uitgave noodzakelijk is, maar dat merk ik wel gaandeweg. Ik heb gezorgd dat er voor vier workshops voor volwassenen materiaal is en ik heb materiaal meegenomen voor een project om te tekenen met kinderen op straat. Dat laatste plan kwam in plaats van het plan om een wedstrijd voor de scholen te organiseren om een hoed te ontwerpen te tekenen of schilderen. Ik had het gevoel dat het niet meer zou lukken om dat te organiseren als ik hier terugkwam.

 Een beetje paniekvoetbal was het dus wel, die fundraisingactie, want voortgekomen uit gebrek aan informatie. Dat bleek ook wel toen ik eenmaal hier was en toen afgelopen woensdag de eerste echte vergadering met de staf van het ministerie of afdeling van Toerisme Handel  en Cultuur plaatsvond. Als Samia Omar namelijk aanwezig is dan is ze dat ook echt en dan drukt ze haar plannen ook door. Dus met andere woorden, de wedstrijd voor de scholen gaat door. Dat bepaalde Samia achter haar bureau en ze keek naar de mannen voor haar die sloom voor zich uitstaarden tot er een op zou staan om de verantwoordelijkheid voor de uitvoering op zich te nemen. Samia gaat namelijk niet zelf uitvoeren. De mannen op de stoelen voor het bureau, Fauz van Handel, Swaleh van Toerisme, de administrator en Faiz waarvan ik niet weet waarvoor hij was, praatte zachtjes in op Adam Musa, van de bibliotheek in het Fort, degene die met mij de workshops voor kunstenaars moet organiseren. Uiteindelijk stemde hij toe zei het schoorvoetend dat hij coördinator zou zijn voor de wedstrijd op de Primary Schools.


De dag voor de vergadering had ik uitgebreid gebrainstormed met Omar over het organiseren van een project voor kinderen buiten enige schoolstructuur. Ik had er echt zin in gekregen. We zouden niet op straat gaan zitten, maar in een pandje een ruimte inrichten met een lage bank om aan te tekenen en gedurende weekdagen tussen 4 en 7 kinderen proberen te interesseren voor de wedstrijd die we hadden genoemd Junior wachoraji wa kofia klaa/ Junior kunstenaars van toffe hoeden. Misschien zou behalve Lamu Town ook  Matondoni aan de beurt komen. Eigenlijk verviel dit hele project op het moment dat Samia verordonneerde dat er een officiële wedstrijd zou zijn. Niet omdat het overbodig zou zijn, want die officiële wedstrijd is alleen voor class 8 maar omdat het teveel is om te organiseren, voor mij bedoel ik. Het jammere of akelige is nu wel dat alle projecten officiële projecten zijn. Dus voor elk project moet vergaderd worden, officiële brieven geschreven, mensen worden bezocht en ruimtes worden gezocht en begrotingen worden gemaakt.




De volgende dag had ik dus met Adam afgesproken in het Fort om de brief te schrijven naar de kunstenaars en de art-teachers voor de workshop op de 11de. Hij liet mij wachten in een kantoortje waar ik dan alvast zelf kon werken aan de brief. Dat was het kantoor van de Education Hon., minister of verantwoordelijke en dus in plaats van een brief te schrijven kon ik haar vertellen wat we van plan waren.  Sauda Kassim is uit hetzelfde hout gesneden als Samia dus ze pakte het voortvarend aan. Ja, dat geeft ook veel vertrouwen. Zij gaat alle scholen bellen, de Secondary om teachers uit te nodigen voor de workshops en de Primary voor de wedstrijd, dus dat moet goed komen. Onder Sauda kan je niet uitkomen. Opvallend hoe deze toch vrij vrouwonvriendelijke cultuur, met zoveel vrouwen die binnen zitten, zo matriarchaal aandoet als het op besturen aankomt.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten